De stamvader van mijn familietak is Thomas Koops (1734-1790). Hij is geboren in het Drentse Kolderveen als zoon van Coop Jans. Zijn kinderen en de latere generaties droegen zijn voornaam vervolgens als hun achternaam. Tot ongeveer 1850 woonden en werkten allen in Kolderveen, maar daarna ging men de wereld in en ontstonden meerdere familietakken, ondermeer in Oldemarkt, in de Haarlemmermeer en in Hoogeveen.

In deze blog worden oude verhalen rond de familie Thomas verteld en zoektochten naar oude gebeurtenissen beschreven, met als doel bijna of al helemaal vergeten familieleden weer enigszins uit de vergetelheid te halen.

maandag 13 juni 2011

Een raadsel uit 1920

In 1991 bestond het dorp Noordscheschut 225 jaar. Ter gelegenheid van dit jubileum bracht de dorpsvereniging "Plaatselijk Belang" een boek uit met daarin vele oude foto's. Eén daarvan was een fraaie groepsfoto die waarschijnlijk rond 1920 is gemaakt, maar die ik daarvoor nog nooit had gezien.



We zien op deze foto rechts Aaltje Thomas (1874-1943) en haar echtgenoot Roelof Harkema (1867-1931). De familie Harkema nam in de dorpsgemeenschap een belangrijke plaats in, want ze runden honderd jaar geleden een kruidenierswinkel annex café in het centrum van het dorp. Op de eerste verdieping van het winkelpand waarvoor ze hier poseren was een grote zaal die werd verhuurd voor ondermeer vergaderingen en feestavonden. De jonge mannen links op de foto zijn de twee zoons van Aaltje en Roelof, Jaap (1897-1976) en Broer Harkema (1898-1987). Het onderschrift bij de foto van Plaatselijk Belang vermelde niet de namen van de beide dames op de foto, maar gaf aan dat het hier vermoedelijk om vriendinnen ging. Dat was niet zo'n vreemde aanname want de beide zoons stonden in die tijd bekend als echte feestnummers. De dames intrigeerden mij echter omdat ze een uitstraling hebben die niet goed past bij de streek. Vooral de middelste dame lijkt eerder weggelopen uit een jaren twintig Hollywood-film dan uit een Drents plattelandhuishouden.
In het besef dat de identiteit van de beide dames waarschijnlijk wel altijd verborgen zou blijven verdween de foto weer naar de achtergrond, totdat ik in het kader van stamboomonderzoek in de Haarlemmermeer terecht kwam. In 1855 was namelijk ene Roelof Thomas, een oom van bovengenoemde Aaltje, als pionier in de toen juist drooggelegde polder een landbouwbedrijf begonnen. Tijdens het nazoeken van zijn stamboom bracht ik een bezoek aan een achterkleinzoon van de pionier. Deze droeg dan wel de achternaam Van Vuuren, maar had een oma gehad die nog de achternaam Thomas had gevoerd. Na het uitwisselen van allerlei wetenswaardigheden van onze families vroeg ik hem of hij misschien nog in het bezit was van oude foto's waarop wellicht leden van de familie Thomas te herkennen waren. Naast een afbeelding van een vroeg overleden broer van zijn oma had van Vuuren echter niet veel meer "... of wacht eens: misschien die foto van tante Til en tante Mien voor die winkel?"
Tot mijn verrassing kwam op deze manier uit een wel heel onverwachte hoek opnieuw een afdruk van de foto tevoorschijn. Zoals de familie Van Vuuren zich altijd had afgevraagd wie toch die mensen waren waarmee hun tantes waren gefotografeerd, zo hadden 200 km verderop anderen juist hun hoofden gepijnigd over de identiteit van de twee dames.

Met alle informatie bij elkaar gevoegd heeft de foto nu geen geheimen meer. Links zien we Hermina van Vuuren (1901-1975) en de dame in het midden is Mathilda van Vuuren (1903-1979). Ze zijn de jongste dochters uit het gezin van Margje Thomas en Teunis van Vuuren. Margje en de bovengenoemde Aaltje waren volle nichten van elkaar. Til en Mien waren, volgens verhalen van de familie van Vuuren, bijzonder reislustig en fietsten met z'n tweeën het hele land door waarbij ze geregeld familie bezochten. Zo kwamen ze rond 1920 ook in Noordscheschut langs en werd hun bezoek vereeuwigd.